Recentelijk is het besluit van 5 juli 2022, nr. 2022-181729 over de btw-heffing bij het ter beschikking stellen van personeel aangepast. Dit besluit behandelt de toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 op het beschikbaar stellen van personeel, een prestatie die in principe is onderworpen aan btw-heffing.
Het besluit
In het besluit worden de omstandigheden verduidelijkt waarin het inzetten van personeel bij andere ondernemers geen belastbare prestatie vormt en wanneer er een btw-vrijstelling of specifieke goedkeuring van toepassing is. Indien btw-heffing achterwege mag blijven op basis van een goedkeuring, dient te worden gehandeld alsof er sprake is van een btw-vrijstelling. Dit betekent dat er in dat geval geen recht is op aftrek van voorbelasting.
Wel of geen btw-belaste prestatie
Voordat geconcludeerd kan worden dat het beschikbaar stellen van personeel een belastbare prestatie is, moet worden beoordeeld of aan btw-heffing kan worden toegekomen. Dit hangt onder andere af van de contractuele inrichting van de terbeschikkingstelling. Drie situaties waarin uitleen of inzet van personeel niet tot btw-heffing leidt zijn:
- Er wordt geen vergoeding in rekening gebracht voor de terbeschikkingstelling van personeel;
- Het personeelslid sluit afzonderlijke arbeidsovereenkomsten af met meerdere partijen;
- De samenwerkende partijen sluiten één gezamenlijke arbeidsovereenkomst met een personeelslid en delen de salariskosten via een zogenaamde pot- of poolovereenkomst.
Daarnaast beschrijft het besluit andere voorwaarden waaronder de terbeschikkingstelling van personeel buiten de heffing van btw kan blijven, bijvoorbeeld omdat sprake is van een prestatie binnen een fiscale eenheid btw of bij toepassing van het zogenoemde leerstuk “kosten voor gemene rekening”. Ook de situatie van “onderaanneming” wordt behandeld. Als op basis van de voorwaarden uit het besluit sprake is van een andere prestatie dan het beschikbaar stellen van personeel, moet worden beoordeeld of deze prestaties btw-belast of vrijgesteld is.
Goedkeuringen?
Zonder alle goedkeuringen verder te benoemen, merk ik op dat specifieke aandacht wordt besteed aan het (tijdelijk) beschikbaar stellen van personeel in het kader van een medische beroepsopleiding en het ter beschikking stellen van personeel als nauwsamenhangende prestatie binnen de onderwijsvrijstelling. Daarbij worden enkele voorbeelden van werkzaamheden gegeven die niet onontbeerlijk zijn voor het verrichten van vrijgestelde onderwijsprestaties.
Kortom, er blijven veel voorwaarden en regels gelden om btw-heffing bij het uitlenen van personeel te voorkomen.
Vragen?
Heb je vragen of wil je meer weten over dit besluit? Neem dan contact met mij op: mr. Katelijne ten Thije (k.ten.thije@fullfinance.nl) of via ons kantoornummer (055-355 99 79).
Bron: Besluit van 7 juni 2024, nr. 2024-13855
Publicatiedatum: 1 juli 2024