“Eenmalige” willekeurige afschrijving aangewezen bedrijfsmiddelen

Het kwam een beetje onverwacht eind vorig jaar. Er was toch nog ergens een potje met geld gevonden om het mkb te stimuleren met een nieuwe regeling voor willekeurige afschrijving. In november 2022 werd in een brief aangekondigd dat in 2023 voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting willekeurig mag worden afgeschreven over aangewezen bedrijfsmiddelen. Welke dat waren, werd niet aangegeven. Inmiddels is die duidelijkheid er wel. In de eind december 2022 gepubliceerde eindejaarsregeling is bekendgemaakt welke bedrijfsmiddelen onder deze regeling vallen. Er is een grote gelijkenis met de regelingen uit de periode 2009-2011 en (deels) 2013. Vanwege destijds geconstateerd oneigenlijk gebruik vallen schepen en vliegtuigen niet langer onder de regeling.

Wat houdt de nieuwe regeling in? Er mag 50% van de aanschaffings- en voortbrengingskosten van aangewezen bedrijfsmiddelen willekeurig worden afgeschreven. Het restant van de boekwaarde moet in de resterende jaren volgens de normale regeling worden afgeschreven. De investeringsverplichting moet zijn aangegaan na 1 januari 2023, en de bedrijfsmiddelen mogen niet eerder dan 2023 in gebruik worden genomen maar wel vóór 1 januari 2026.

Welke investeringen kwalificeren dan wel? Dat is geregeld in artikel 13 Uitvoeringsregeling willekeurige afschrijving 2001. Daarin wordt aangegeven wat niet kwalificeert. Dat zijn de volgende bedrijfsmiddelen:

  • Gebouwen;
  • Schepen;
  • Vliegtuigen;
  • Bromfietsen;
  • Motorrijwielen
  • Personenauto’s niet bestemd voor beroepsvervoer, tenzij CO2 uitstoot 0% is;
  • Immateriële activa;
  • Dieren;
  • Wegen en paden voor openbaar rij- of ander verkeer;
  • Aan derden hoofdzakelijk ter beschikking gestelde bedrijfsmiddelen (tenzij voor korte duur);
  • Bedrijfsmiddelen waarop al willekeurig wordt afgeschreven.

Door deze fiscale mogelijkheid, kan er een tijdelijk verschil ontstaan tussen commerciële en fiscale boekwaarde. Dat kan dan weer gevolgen hebben voor de jaarrekening, omdat dan een belastinglatentie zal moeten worden opgenomen.

Naar verwachting zullen ongeveer 150.000 bedrijven van deze regeling gebruik kunnen maken.

Publicatiedatum: 11 januari 2023