NOW – Groepsbepaling

Inleiding

De NOW-regeling (tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid) is een regeling die binnen korte tijd tot stand is gekomen. Er zijn veel aanvragen ingediend van verschillende omvang. De betrokkenheid van de accountant bij de afrekening is afhankelijk van de hoogte van het bedrag van het voorschot of de vaststelling.
In dit artikel wordt ingegaan op de groepsbepaling en aandachtspunten die vanuit de praktijk naar voren komen die ik graag met jullie wil delen.

De groepsbepaling

In de NOW staat in artikel 6 lid 5 het volgende inzake de groepsbepaling:
Indien de rechtspersoon of vennootschap onderdeel is van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, wordt, in afwijking van het vierde lid, uitgegaan van de omzetdaling van de groep zoals deze op 1 maart 2020 bestond. Indien de rechtspersoon een dochtermaatschappij is van een ander als bedoeld in artikel 24a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, worden de dochtermaatschappij en de rechtspersoon voor de werking van deze regeling behandeld als waren zij een groep. Voor de bepaling van de omzetdaling als bedoeld in de eerste zin worden de Nederlandse rechtspersonen en vennootschappen in aanmerking genomen, alsmede buitenlandse rechtspersonen en vennootschappen met loon in Nederland.

Hieronder heb ik de relevante passages uit BW2 titel 9 toegevoegd. Kort samengevat komt het erop neer dat in de NOW-groep worden opgenomen:
– Groepsmaatschappijen
– Dochtermaatschappijen.

Artikel 24a
1. Dochtermaatschappij van een rechtspersoon is:
a. een rechtspersoon waarin de rechtspersoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de stemrechten in de algemene vergadering kunnen uitoefenen;
b. een rechtspersoon waarvan de rechtspersoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen lid of aandeelhouder zijn en, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de bestuurders of van de commissarissen kunnen benoemen of ontslaan, ook indien alle stemgerechtigden stemmen.
2.Met een dochtermaatschappij wordt gelijk gesteld een onder eigen naam optredende vennootschap waarin de rechtspersoon of een of meer dochtermaatschappijen als vennoot volledig jegens schuldeisers aansprakelijk is voor de schulden.
3.Voor de toepassing van lid 1 worden aan aandelen verbonden rechten niet toegerekend aan degene die de aandelen voor rekening van anderen houdt. Aan aandelen verbonden rechten worden toegerekend aan degene voor wiens rekening de aandelen worden gehouden, indien deze bevoegd is te bepalen hoe de rechten worden uitgeoefend dan wel zich de aandelen te verschaffen.
4.Voor de toepassing van lid 1 worden stemrechten, verbonden aan verpande aandelen, toegerekend aan de pandhouder, indien hij mag bepalen hoe de rechten worden uitgeoefend. Zijn de aandelen evenwel verpand voor een lening die de pandhouder heeft verstrekt in de gewone uitoefening van zijn bedrijf, dan worden de stemrechten hem slechts toegerekend, indien hij deze in eigen belang heeft uitgeoefend.

Artikel BW2 titel9: 24b.
Een groep is een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen en vennootschappen die met elkaar in een groep zijn verbonden.

Bepaling omzetdaling

Voor het bepalen van de omzetdaling is verder van belang dat daarin worden betrokken:
– Nederlandse groeps- en dochtermaatschappijen
– Buitenlandse groepsmaatschappijen en dochtermaatschappijen met SV-loon in Nederland.

De omzetdaling op groepsniveau komt er kortgezegd op neer dat je rekeninghoudend met het bovenstaande, de omzetdaling in de meetperiode vergelijkt met de referentieperiode op groepsniveau.
De omzetdaling wordt bepaald door een vergelijking in percentage van de omzet voor de meetperiode (de driemaandsperiode in 2020) en de referentieperiode (2019 omgerekend naar 3 maanden). Is de daling van de omzet 20% of meer, dan heb je recht op een NOW-subsidie (90% van de loonsom over de meetperiode vermenigvuldigd met de omzetdaling).
Indien op groepsniveau de omzetdaling minder dan 20% is mag onder voorwaarden op werkmaatschappij een aanvraag ingediend worden voor zover daar een omzetdaling van ten minste 20% is opgetreden.

Praktijkvragen

Het is geen verrassing dat er aardig wat vragen worden gesteld over de NOW regeling. Een aantal vragen en antwoorden over de groepsregeling hebben wij hieronder opgesomd ter lering.

1- Geen groepsmaatschappij maar toch onderdeel van de groep?

De groepsdefinitie van de verslaggevingsregels en van de NOW-regeling bij het bepalen van de groep zijn niet helemaal gelijk. Indien er sprake is van een dochteronderneming wordt deze in de regeling meegeteld in de bepaling van de omzet van een groep. Zoals ook hierboven opgenomen in de toelichting op het NOW-groepsbegrip vallen dochtermaatschappijen (behalve buitenlandse dochtermaatschappijen zonder loon in Nederland) in de NOW-groep terwijl dit volgens het groepsbegrip van BW2 titel 9 artikel 24 niet altijd het geval is.

2- Groep bij ‘twee hoofden’, elk 50%?

Er is sprake van twee natuurlijke personen die elk 50% aandelen houden in twee vof’s.
Voor rechtspersonen geldt dat sprake is van een groep als er een organisatorische verbondenheid of feitelijke zeggenschap bestaat. Uit de bewoordingen van de vraagstelling zou je kunnen afleiden dat van geen van twee van deze factoren sprake is. In dat geval zou je het standpunt kunnen innemen dat, gelijk aan de situatie bij rechtspersonen geen sprake is van een groep, behalve in de situatie dat de groepshoofd volgens BW2 titel 9 artikel 24 (zie hierboven) hoofdelijk aansprakelijk is.

3- Buitenlandse groepsonderdelen in berekening omzetdaling groep?

Het is niet ongebruikelijk dat er groepen zijn met buitenlandse groepsonderdelen. Voor de NOW geldt dat ook. Wel met de volgende kanttekening. Voor de bepaling van de omzetdaling van de ‘NOW-groep’ worden de buitenlandse rechtspersonen en vennootschappen zonder SV-loon in Nederland niet meegenomen. Zie extract van artikel 6 lid 5 van de NOW hierboven.

4- Hoe om te gaan met wijzigingen in groepsstructuren?

Uitgaande van de NOW-1 regels is de situatie die er bestond op 1 maart 2020 bepalend voor de NOW-omzetdaling. Wijzigingen zoals aan- en verkoop van groepsonderdelen worden gelet op deze peildatum wel of niet meegenomen. Hierbij is de datum van de overdracht van de feitelijke beschikkingsmacht leidend en niet het passeren van de akte of de datum in de akte vanaf welk moment de overgedragen onderneming voor rekening en risico is van koper.

Drs. M. Yahya Latif RA