Zo vlak voor het einde van het jaar lijkt een nieuw kabinet aanstaande. Er is een coalitieakkoord met daarin tal van fiscale plannen. Na een beleidsarm Belastingplan 2022 hoop je dan toch op een beetje ‘vuurwerk’ (al past dat natuurlijk weer niet bij het vuurwerkverbod in corona-tijd …). Ik ga de fiscale maatregelen niet herhalen, maar beperk me tot enkele opmerkingen over de woning.
- “We hebben afgesproken dat we de hypotheekrenteaftrek laten zoals die nu is”, aldus minister Hoekstra. En dat ondanks het feit dat er wel wat druk op kan komen staan vanuit Brussel waar nog geld gereserveerd staat voor Nederland uit het Europese coronaherstelfonds.
- De aanpassing in de eigenwoningregeling uit het Belastingplan beoogt het voor de praktijk eenvoudiger te maken, maar als fiscalist vind ik het steeds lastiger worden. En o ja, een regeling bij overlijden van de langstlevende ouder waarbij het kind het ‘ouderlijk huis’ zelf gaat bewonen, wordt node gemist. Net als een betere regeling voor de eigen woning bij scheiding van de fiscale partners.
- En tot en met 2023 blijft de mogelijkheid bestaan om gebruik te maken van de ‘jubelton’.
De woning in het buitenland
Een punt van aandacht betreft de kosten van de woning voor een buitenlands belastingplichtige. En dan heb ik het niet over de woning in Nederland. Dit is voor een in het buitenland wonende belastingplichtige toch al een vrij uitzonderlijke regeling, waarvan ik me bijvoorbeeld kan indenken dat het gaat om de woning die men voor de emigratie bewoonde en nu leeg staat in afwachting van verkoop.
Nee, het gaat over de in het buitenland wonende belastingplichtige die wel vanuit Nederland inkomen geniet. Die moet zijn aftrek zien te bewerkstelligen met gebruikmaking van artikel 7.8 Wet IB, juncto art. 21bis van het Uitvoeringsbesluit IB 2001. In de huidige wettelijke regeling wordt dit alleen geregeld voor degene van wie het Nederlandse inkomen tenminste 90% bedraagt van het totale inkomen. Maar deze regeling schiet tekort. Dat weten we door het arrest uit 2017 van het Hof van Justitie inzake de Spaanse voetbalmakelaar. Het is niet goed te praten dat de wetgever de jurisprudentie van het Hof van Justitie nog niet heeft gecodificeerd in wetgeving.
Even ter herinnering: de voetbalmakelaar woonde in Spanje en werkte in Zwitserland en Nederland. Het EU-Hof bepaalde dat wanneer het inkomen in het woonland tekortschiet om rekening te houden met de aftrekposten in verband met de persoonlijke en gezinssituatie, het bronland dit moet doen, eventueel naar rato van het inkomen in het bronland. In navolging van dit arrest komen er de laatste tijd verschillende uitspraken die allemaal tot aftrek aanleiding geven.
Verhuurd onroerend goed in box 3; afschaffen leegwaarderatio
Per 2025 wordt een nieuw box 3-stelsel op basis van reëel rendement ingevoerd, waarbij inkomsten uit vermogen worden belast op basis van werkelijk rendement. Vooruitlopend daarop zal per 2023 de leegwaarderatio worden afgeschaft. Daardoor zal de belasting van het rendement op verhuurd vastgoed in box 3 meer gaan aansluiten bij de praktijk. Volgens de plannen zal in een stelsel van reëel rendement de waardeontwikkeling van vastgoed aanvankelijk nog forfaitair worden belast, waarbij zo snel als mogelijk de overstap wordt gemaakt naar werkelijk rendement.
Overdrachtsbelasting
De overdrachtsbelasting voor niet-woningen én op verkrijgingen van woningen door rechtspersonen en particulieren die niet zelf langdurig in de woningen gaan wonen wordt per 2023 verhoogd van 8% naar 9%.
De WOZ
Tot slot: de WOZ-waarde. Daarmee wordt het eigenwoningforfait bepaald in de inkomstenbelasting, het is de maatstaf van heffing voor de successiewet en de WOZ-waarde is de basis voor de lokale belastingen en heffingen. De Vereniging Eigen Huis meldde dat de woonlasten voor huiseigenaren volgend jaar met gemiddeld 2,1 procent gaan stijgen. Daarmee zijn huiseigenaren in doorsnee € 851 kwijt aan onroerendezaakbelasting, afvalstoffen- en rioolheffing, aldus de Vereniging Eigen Huis na een steekproef onder 106 gemeenten.
Als de nieuwe WOZ-beschikking op de mat valt, denk ik zelf altijd: “nou voor dat bedrag ga ik het niet te koop zetten”. Natuurlijk loopt de WOZ-beschikking altijd een jaar achter (de beschikking voor 2022 gaat uit van de waarde van 1 januari 2021), maar misschien is volgend jaar wat meer aandacht voor de WOZ-beschikking sowieso wel goed. Bijkomende reden? In 2016 heeft de Waarderingskamer besloten bij het taxeren van woningen uit te gaan van de gebruiksoppervlakte in plaats van de inhoud (van m3 naar m2). Verreweg de meeste gemeenten waarderen de woning op basis van inhoud, maar moeten vanaf 1 januari 2022 gaan waarderen op basis van gebruiksoppervlakte. Er bestaat een conversietabel (van m3 naar m2) om te voorkomen dat gemeenten het bouwarchief moeten lichten en elke woning apart moeten gaan inmeten. Gemeenten hebben vijf jaar de tijd gekregen om zich voor te bereiden op de nieuwe taxatiemethodiek. Gekoppeld aan de gestegen woningprijzen is het de verwachting dat de WOZ-waarde fors zal stijgen.
Voor meer informatie: mr. Sandra Twigt-Endema RB (s.twigt@fullfinance.nl of 055-3559979).