Verwerking fiscale coronareserve in de jaarrekening (deel 3)

De regering heeft de fiscale coronareserve in het leven geroepen zodat vpb-plichtige ondernemingen op een (veel) eerder moment de winst over 2019 fiscaal mogen verrekenen met het verwachte verlies over 2020. In onze vorige nieuwsbrieven en op de website zijn wij ingegaan op de mogelijke gevolgen voor de jaarrekening 2019 (op commerciële grondslagen). Hier vind je deze artikelen:

In de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (RJ 160.406) is opgenomen dat veranderingen in de wetgeving ingesteld of aangekondigd na de balansdatum (met significant effect op de acute en latente belastingvorderingen en -schulden) kwalificeert als gebeurtenis na balansdatum die geen nadere informatie geeft over de feitelijke situatie per balansdatum. Dergelijke gebeurtenissen na balansdatum worden in de regel niet verwerkt in de balans en winst-en-verliesrekening, maar worden in een toelichting als gebeurtenis na balansdatum vermeld.

Het aanpassen van belastingwetgeving met betrekking tot een reeds afgesloten boekjaar is een bijzondere situatie (waarvan ik mij afvraag of deze zich wel eens eerder heeft voorgedaan). Indien de vorming van een fiscale coronareserve niet cijfermatig wordt verwerkt in de jaarrekening 2019, ontstaat de vreemde situatie dat de in de balans opgenomen acute belastingschuld niet overeenstemt met de werkelijke belastingschuld op basis van de aangifte vennootschapsbelasting 2019. Dat is raar! Een voorbeeld ter verduidelijking:

In 2019 wordt een winst gemaakt van € 2.000.000, de berekende vennootschapsbelasting bedraagt (zonder rekening te houden met de fiscale coronareserve) 20%, zijnde € 400.000. In 2019 is reeds op voorlopige aanslagen betaald voor een bedrag groot € 300.000. Derhalve is sprake van een (acute) belastingschuld onder de kortlopende schulden van € 100.000.

De onderneming verwacht over 2020 een verlies te realiseren van € 2.500.000. Dit betekent dat er in de aangifte vennootschapsbelasting 2019 een fiscale coronareserve mag worden gevormd, waardoor de winst over 2019 reeds in de aangifte 2019 wordt verrekend met het verwachte verlies over 2020. Hierdoor is geen vennootschapsbelasting verschuldigd over 2019. Aangezien in 2019 reeds € 300.000 is betaald op voorlopige aanslagen, ontstaat een te vorderen vennootschapsbelasting over 2019 van € 300.000. Indien geen verwerking in de cijfers van de jaarrekening 2019 plaatsvindt, staat in de jaarrekening 2019 een kortlopende schuld uit hoofde van vennootschapsbelasting 2019 ad € 100.000, terwijl er door de vorming van een coronareserve een vordering ontstaat van € 300.000.

Toch is dit precies de aanbevolen verwerkingswijze van de Raad voor de Jaarverslaggeving. In RJ-uiting 2020-8 van 18 juni 2020 heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving dit nader uiteengezet.

Jaarrekening op commerciële grondslagen

Aangezien het besluit inzake de coronareserve na balansdatum in werking is getreden en op balansdatum niet aan de orde was, is de RJ van mening dat er sprake is van een gebeurtenis na balansdatum die geen nadere informatie geeft over de feitelijke situatie per balansdatum. Dit betekent dat cijfermatige verwerking in de jaarrekening 2019 volgens de RJ niet aan de orde is. Afhankelijk van de aard en omvang kan een toelichting benodigd zijn, aldus de RJ. Hiermee sluit de RJ dus aan bij de bestaande Richtlijnen 272 (401) en 160 (206, 207 en 404 tot en met 407). De uitzonderlijke situatie waarbij de belastingwetgeving over een reeds afgesloten boekjaar door de wetgever is aangepast, is voor de Raad voor de Jaarverslaggeving blijkbaar geen aanleiding geweest af te wijken van de bestaande regelgeving.

Op basis van artikel 362, Titel 9 BW2, is het overigens wel mogelijk af te wijken van wet- en regelgeving met betrekking tot externe verslaggeving, indien dit noodzakelijk is voor het vereiste inzicht. Dit dient dan wel te worden toegelicht in de jaarrekening, met een opgave van de invloed op het vermogen en het resultaat.

Jaarrekening op basis van fiscale grondslagen

Micro- en kleine rechtspersonen mogen hun jaarrekening opstellen op basis van fiscale grondslagen. Aangezien bij het opstellen van de jaarrekening op basis van fiscale grondslagen zoveel als mogelijk wordt aangesloten bij de (verwachte) aangifte vennootschapsbelasting, wordt de fiscale coronareserve in dat geval wel verwerkt in de cijfers in de jaarrekening 2019. In RJ-Uiting 2020-8 is verder opgenomen:

Een rechtspersoon die een fiscale coronareserve in de (verwachte) aangifte vennootschapsbelasting 2019 opneemt kan dit als volgt in de jaarrekening 2019 verwerken (zie ook D3.1/D3.2 alinea 101 en bijlage van RJ-Uiting 2020-1):

  • de belastinglast in de winst-en-verliesrekening en de gerelateerde belastingverplichting in de balans worden bepaald rekening houdend met de (dotatie aan de) coronareserve;
  • de dotatie aan de fiscale coronareserve wordt als een rechtstreekse mutatie in het eigen vermogen verwerkt (niet via de winst-en-verliesrekening); en
  • de fiscale coronareserve wordt gepresenteerd als onderdeel van het eigen vermogen.

drs. Leantine Wolffensperger RA

Publicatiedatum: 25 juni 2020