Tja, als de voorgestelde btw-wijzigingen in het Belastingplan 2025 niet (echt) doorgaan en de verhoging van het algemene btw-tarief naar 21,4% wordt neergesabeld door zowel de oppositie als de coalitiepartijen, moet het geld ergens anders vandaan komen.
De knoppen om aan te draaien
Er zijn genoeg knoppen om aan te draaien in Den Haag, maar vindt maar eens iets waar iedereen het over eens is. Dat valt niet mee in de huidige verhoudingen. Dus gaan we maar weer eens kijken of er bij de ondernemers nog wat te halen valt. Want die hebben wellicht wat andere opvattingen over welke kosten als zakelijk kunnen worden aangemerkt.
Dat blijkt uit de aankondiging dat de belastingdienst in 2025 extra aandacht gaat besteden aan de beoordeling van zakelijke kosten. Het gaat dan vooral om privéuitgaven die als zakelijke kosten worden opgevoerd. Als voorbeelden worden aangehaald schilderwerk van de eigen woning en abonnementen voor de sportschool en streamingdiensten. Dit speelt kennelijk met name bij eenpersoons-BV’s, blijkt uit eigen waarnemingen van de belastingdienst. De onterechte aftrek van dergelijke kosten leidt veelal tot correcties in de vennootschapsbelasting en uitdelingen naar privé. Kosten worden al dan niet bewust ‘verkeerd’ verwerkt en ook de adviseurs laten daar kennelijk nogal wat steken vallen qua begeleiding. Het gevolg is dat er veel gecorrigeerd moet worden. En dat leidt tot onnodig werk, daar waar personeel toch al schaars is. Zouden ze daar zzp-ers voor gaan inhuren?
Zakelijke kosten
Hoe dan ook, weet dat er mogelijk kritischer gekeken gaat worden naar de zakelijkheid van kosten van ondernemers. Dat moet dan gebeuren via de ingediende aangiften IB, LB, Vpb en btw. Daarbij wordt een afgeleide verantwoordelijkheid verwacht van de accountant of fiscaal dienstverlener. Die zou kritische vragen moeten stellen bij opvallende kosten zoals kosten van laptops voor gezinsleden of de aanleg van een zwembad bij een privéwoning die als verbouwingskosten van een bedrijfspand is opgenomen. Tevens zou die dienstverlener daarbij duidelijke uitleg moeten geven over wat wel en niet aftrekbaar is,
Elke fiscalist kan vermoedelijk diverse voorbeelden uit de eigen praktijk aanhalen waarin dergelijke afwegingen gemaakt moesten worden. Dat het niet altijd even duidelijk is, blijkt wel uit de talloze procedures die hierover gevoerd zijn en de jurisprudentie die daar het gevolg van is. Ik zal in mijn agenda ruimte vrij houden voor de te verwachten discussies die dit gaat opleveren in 2025 en volgende jaren. Of is het een storm in een glas water, nu de beperkt beschikbare capaciteit van de belastingdienst mogelijk nodig is voor urgentere zaken? We gaan het meemaken.
Dit artikel is geschreven door Bert Driessen, fiscalist bij Full Finance Consultants in Apeldoorn. Als je met hem hierover wilt sparren, bel dan naar 055-355 99 79 of mail naar b.driessen@fullfinance.nl.
Publicatiedatum: 7 februari 2025